Boek 7
Hersenschimmen
- Bernlef – 1984
Literaire stroming: Existentialisme -> Wat betekent het voor mij om mens te zijn? Het gaat existentialisten niet om kennis over de mens in algemene zin, maar om de individuele ervaring van het eigen bestaan.
Naturalisme -> Determinisme (je bent onderworpen aan je erfelijkheid, opvoeding en milieu)
Fatalisme (het noodlot staat vast)
Genre: Psychologische roman
Thematiek: Eenzaamheid, liefde, geheugen
Winter als schuldige aan zijn dementie
Our man in Havana, Alec Guiness
De schoolbus die niet komt door de vakantie
De oorlog met diens hongersnood
Ontkenning van het probleem, eerst wordt hij een dagje ouder, dan heeft hij een beroerte gehad, het geheugen kan door oefeningen weer terugkomen etc.
Thema boek: Dementie
Perspectief: Ik-persoon
Tijd: Circa negen dagen
Plaats: Gloucester, boven Boston, V.S.
Titelverklaring: Hersenschimmen zijn een gevolg van Maartens dementie. Zijn hersenschimmen zijn zijn gedachten en opvattingen die steeds incorrecter worden.
Karakters:
Maarten Klein
Maarten is 72 en al 50 jaar getrouwd met zijn vrouw Vera. Hij is naar eigen zeggen altijd erg verlegen geweest behalve naar zijn vrouw toe. Hij is erg gehecht aan de zomer en mooi weer en laat graag zijn hond Robert uit langs de kust. Hij heeft een lange tijd gewerkt bij IMCO waar hij vaak niet gehoord werd.
Vera Klein
Vera is een lieve vrouw die de regie heeft in het huis. Ze is erg zorgzaam maar dit wordt wel lastiger naarmate Maartens dementie vordert. In haar mans ogen is ze nog altijd jong en mooi.
Samenvatting
Hersenschimmen vertelt het verhaal van iemand die langzaam maar zeker begint te dementeren en de gevolgen die dit voor hem en zijn omgeving heeft.
Maarten en Vera Klein wonen al jaren gelukkig in Gloucester, Massachusetts (Verenigde Staten). Langzaam maar zeker begint Maarten heden en verleden door elkaar te halen. Het begin heel klein, op het moment dat hij niet meer weet welke dag het is en op een zondag wacht tot de schoolbus langs zal komen of als hij steeds vaker in gedachten verzonken is. Langzaam maar zeker kan hij zich dingen niet meer herinneren en als hij zich iets herinnert, gaat hij volledig in die herinnering op. Zo denkt hij op een dag dat hij weer op de kleuterschool is en van de juf de potlodendoos mag halen. Hij loopt de gang door naar het materiaalhok en klimt op een stoel om de doos te gaan zoeken. Dan staat Vera plots achter hem en haalt hem uit de droom. Hij blijkt op de keukenstoel in hun washok te staan. Later geeft hij hele rare antwoorden op vragen, omdat hij net ergens anders met z’n gedachten was. Als Vera hem een keer vraagt wat hij zo lang in de keuken deed, antwoordt hij bijvoorbeeld vangstquota. Uiteindelijk gaat dit nog een stapje verder en breekt hij in bij een vakantiehuisje waar vroeger de vergaderingen van zijn bedrijf waren omdat hij denkt dat hij te laat op zijn vergadering komt. Ook vergeet hij dat mensen en dieren dood zijn en vraagt dus steeds naar hen als anderen langskomen. Een keer begint hij plotseling naar de snoepreepjes die zijn oma altijd voor hem achter in de buffetkast verstopte te zoeken.
Vera wordt steeds ongeruster en als Maarten weg begint te lopen van huis laat ze uiteindelijk een meisje, Phil Taylor, in huis wonen die op Maarten kan passen als zij weg is. Maarten vergeet echter steeds wie ze is. Eerst ziet hij haar aan voor een vriendin van zijn dochter, dan voor zijn vroegere piano juf en uiteindelijk voor zijn dochter. Ook van Vera vergeet hij soms wie ze is.
In het boek wordt ook de moeilijker wordende relatie tussen Vera en Maarten weergegeven. Een eerste beschrijving die Maarten van haar geeft (zie eerste quote, een stuk terug in dit verslag) is nog heel scherp, bij kennis. Meer op het einde heeft hij het echter over een oude vrouw, die er een beetje verfomfaaid uitziet met haar vochtig neerhangende slappe bruine krullen en haar gerimpelde hals (p. 134). Later herkent hij haar niet meer op foto’s en uiteindelijk weet hij helemaal niet meer wie ze is.
In het laatste deel van het boek weet Maarten zelf niet meer wie hij is. Eerst heeft hij het nog over “mijn spullen”, “ik kan ..” etc. Maar naarmate hij verder aftakelt begint hij in derde persoon over zichzelf te praten, om het uiteindelijk alleen nog maar over ‘het’ te hebben. Tegelijk met deze verandering in benoeming van zichzelf, trekt hij zich steeds meer in zijn hoofd terug. Hij communiceert bijna niet meer met de buitenwereld, maar denkt in onsamenhangende zinnen en fragmenten aan wat er om hem heen gebeurt. Een van de redenen hiervoor is dat hij ook steeds meer moeite met het Engels begint te hebben, en soms even de taal niet meer lijkt te verstaan. Op het laatst zijn Maartens gedachten zo onsamenhangend en fragmentarisch dat er bijna niet meer duidelijk is wat er nou met hem gebeurt. Wel weet hij op zijn sterfbed weer even wat er om hem heen gebeurt en zoekt en vindt hij Vera’s hand, al weet hij haar naam niet meer.
Maak jouw eigen website met JouwWeb